Ook aan Strijen gaat het winterse weer niet voorbij. Al weken zijn de medewerkers van de buitendienst dagelijks in de weer met materieel om zout te strooien, sneeuw te schuiven en met een borstelmachine de trottoirs schoon te houden. U begrijpt dat dit werk niet alleen binnen de reguliere werktijden wordt gedaan. Ook ’s avonds, en nog vervelender, ’s nachts trekken zij er op uit om de strijd aan te binden met sneeuw en ijs.

Als er vanuit Rijkswaterstaat de melding komt dat er vorst en/of sneeuw verwacht wordt, gaan we over tot zogenaamd preventief strooien. Dit wordt gedaan met nat zout. Dit werkt op dat moment het beste en belast het milieu het minst. Hierna gaan we over op het strooien met gewoon strooizout. De laatste weken wordt dit gemengd met zand in verband met de beperkte verkrijgbaarheid van het zout. Tot op heden kunnen we voldoende zout betrekken van onze “leverancier” het Waterschap.

Op sommige momenten lijkt het onbegonnen werk. Vooral in de nachtelijke uren is het lastig om het gewenste effect te bereiken. Het uitgestrooide zout dient zich te mengen met de sneeuw en de bevroren laag bovenop het wegdek. Dit kan alleen als er voldoende verkeer overheen gaat. Ook is het vaak zo dat de neerslag die een één uur valt velen uren werk oplevert. De medewerkers kunnen niet overal tegelijk zijn. Mede om deze reden zijn er zogenaamde strooiroutes vastgesteld waarbij de belangrijkste wegen het eerst van een zoutlaagje worden voorzien. Vanaf de doorgaande routes, via de busroutes gaat men langzaam over tot de wijkontsluitingsroutes. Hierna worden de trottoirs in het centrum en rond ouderenwoningen aangepakt. Dit laatste wordt op sommige plaatsen met de hand gedaan.

Na een aantal weken winterweer zijn we langzaam gewend geraakt aan het leven met sneeuw en ijs en worden de verzoeken en meldingen die wij als gemeente binnen krijgen minder. Als gemeente kunnen we niet alle straten en trottoirs na iedere sneeuwbui of bevriezing schoon krijgen. Tevens wordt er door inwoners verschillend gedacht over de neerslag: Het komt voor dat iemand wenst dat een straat in de wijk wordt ontdaan van sneeuw en ijs. Volgens de aanvrager is de desbetreffende plek voor hun deur de gevaarlijkste plaats in de gemeente en zijn er vele “bijna ongelukken” gebeurd en is niemand meer in staat om de woning te verlaten. Er wordt gebeld met de gemeente en als de mogelijkheid er is wordt er een einde gemaakt aan deze situatie. Als de medewerkers vertrokken zijn volgt een telefoontje van een andere bewoner in die straat met de vraag waarom we het winterse tafereel in deze rustige straat zo wreed hebben verstoord, “of de kinderen dan nergens meer mogen spelen in de sneeuw”.

Kortom als gemeente doen we ons uiterste best maar is het lastig inschatten en we kunnen het helaas niet iedereen naar de zin maken. Wij zullen ons als inwoners moeten aanpassen en soms minder ideale situatie moeten accepteren.

Tot nu toe werd ongeveer 120 ton zout uitgestrooid. Ook werd door bewoners 15 ton zout opgehaald bij het gemeentehuis. In verband met de beperkte voorraad zijn we genoodzaakt te stoppen met het ter beschikking stellen hiervan.